1. Niemand kan geven wat hij niet ontvangen heeft. Iets geven vereist eerst dat jij het in eigen bezit hebt. Hierin stemmen de wetten van de Hemel en de wereld overeen. Maar hier ook lopen ze uiteen. De wereld gelooft dat je iets moet vasthouden om het te bezitten. Verlossing onderwijst anders. Geven is de manier waarop jij inziet dat je ontvangen hebt. Het is het bewijs dat wat jij hebt van jou is.

2. Je begrijpt dat je genezen bent, wanneer je genezing geeft. Je aanvaardt dat vergeving in jouzelf volbracht is, wanneer jij vergeeft. Je herkent je broeder als jezelf en aldus zie je dat jij heel bent. Er is geen wonder dat jij niet kunt geven, want ze zijn jou allemaal gegeven. Ontvang ze nu door de schatkamer van je denkgeest te openen waarin ze liggen opgetast en door ze weg te geven.

3. De visie van Christus is een wonder. Ze komt van ver voorbij zichzelf, want ze weerspiegelt eeuwige liefde en de wedergeboorte van een liefde die nooit sterft, maar verborgen werd gehouden. De visie van Christus is een weergave van de Hemel, want ze ziet een wereld die zo op de Hemel lijkt dat wat God volmaakt geschapen heeft erin kan worden weerspiegeld. De troebele spiegel die de wereld jou voorhoudt, kan alleen maar verwrongen beelden in gebroken stukken laten zien. De werkelijke wereld is een weergave van de onschuld van de Hemel.

4. De visie van Christus is het wonder waarin alle wonderen ontstaan. Ze is hun bron en blijft bij elk wonder dat jij geeft, en blijft toch van jou. Het is de band die gever en ontvanger hier op aarde in uitbreiding verenigt, zoals ze in de Hemel één zijn. Christus ziet in niemand zonde. En in Zijn ogen zijn de zondelozen één. Hun heiligheid werd hun gegeven door Zijn Vader en door Hemzelf.

5. De visie van Christus is de brug tussen de twee werelden. En je kunt veilig op de kracht daarvan vertrouwen omjou van deze wereld naar een wereld te laten dragen die door vergeving geheiligd is. Dingen die hier heel stevig lijken, zijn daar slechts schaduwen: doorzichtig, vaag zichtbaar, soms vergeten, en nooit in staat het licht te verduisteren dat erachter schijnt. Waarneming heeft haar heiligheid hervonden, en de blinden kunnen zien.

6. Dit is de ene gave van de Heilige Geest: de schatkamer waarop jij in volmaakte zekerheid een beroep kunt doen voor alles wat kan bijdragen tot jouw geluk. Het is hier allemaal al neergelegd. Het kan allemaal ontvangen worden door wie er slechts om vraagt. Hier is de deur nooit op slot, en niemand wordt zijn geringste verzoek of zijn dringendste behoefte ontzegd. Er is geen ziekte die niet reeds is genezen, geen gebrek waaraan niet is voldaan, geen behoefte die niet is vervuld binnen deze gouden schatkamer van Christus.

7. Hier herinnert de wereld zich wat verloren is gegaan toen ze werd gemaakt. Want hier wordt ze hersteld, weer nieuw gemaakt, maar in een ander licht. Wat de haard van zonde had moeten zijn, wordt het centrum van verlossing en de bakermat van genade, waar zij die lijden een welkom en genezing vinden. Niemand zal worden weggestuurd van dit nieuwe thuis waar zijn verlossing wacht. Niemand is een vreemde voor hem. Niemand vraagt iets van hem behalve het geschenk dat zijn welkom door hem wordt aanvaard.

8. De visie van Christus is de heilige grond waarin de lelies van vergeving wortelen. Dit is hun thuis. Ze kunnen van hier naar de wereld worden teruggebracht, maar ze kunnen nooit groeien in haar schrale en ondiepe grond. Ze hebben het licht, de warmte en de weldadige zorgen nodig waarin de barmhartigheid van Christus voorziet. Ze hebben de liefde nodig waarmee Hij naar ze kijkt. En ze worden Zijn boodschappers, die geven zoals zij hebben ontvangen.

9. Neem uit Zijn schatkamer, opdat haar schatten mogen toenemen. Zijn lelies verlaten hun thuis niet wanneer ze naar de wereld mee terug worden genomen. Hun wortels blijven. Ze verlaten hun bron niet, maar dragen de weldadigheid ervan met zich mee en veranderen de wereld in een tuin zoals die vanwaar zij gekomen zijn en waarheen zij nog sterker geurend terugkeren. Nu zijn ze dubbel gezegend. De boodschappen die zij van Christus brachten, zijn bezorgd en aan ze teruggegeven. En zij geven die met blijdschap aan Hem terug.

10. Aanschouw de schat aan wonderen die voor jou klaarstaat om te geven. Ben jij deze gave niet waard, als God bepaald heeft dat die jou gegeven wordt? Oordeel niet over Gods Zoon, maar volg de weg die Hij heeft gebaand. Christus heeft de droom van een vergeven wereld gedroomd. Het is Zijn gave waardoor een zachte overgang kan worden gemaakt van dood naar leven, van hopeloosheid naar hoop. Laten wij een ogenblik met Hem dromen. Zijn droom doet ons ontwaken tot de waarheid. Zijn visie verschaft de middelen om terug te keren naar onze nooit verloren en eeuwigdurende heiligheid in God.

Chat openen
Hallo, hoe kan ik je helpen?